Nederlands

 

 

“lk Beken Met Geloof”

van Sint Nerses Shnorhali  (1102 – 1173)

 

Een gebed voor elk uur van de dag

 

1.
lk belijde met geloof, en aanbid U, Vader, Zoon, en heilige Geest, ongeschapen en onsterfelijk Wezen, Schepper der Engelen, en der Mensen, en van al dat bestaat.
Ontferm U over Uwe schepselen.
~
2.
Ik belijde met geloof, en aanbid U, ondeelbaar Licht, wezenlijke Heilige Drie-eenheid, en een Godheid, Schepper des lichts, en Verdrijver der duisternis, verdrijf uit mijne ziel de duisternis der zonde en der onwetendheid, en verlicht mijne gedachte voor dit uur, op dat ik U bidde naar Il w welbehagen, en Gij mijne bede verhoort.
En ontferm U over mij, grooten zondaar.
~
3.
Hemelsche Vader! waaracbtig God, die Uwen geliefden Zoon, gr ezondenhebt, om bet verloren Schaap te zoeken, Ik heb gezondigd tegen den Hemel, en tegen U, neem mij aan gelijk den verloren Zoon, en bekleed mij met liet kleed der eerste onschuld, van hetwelk ik door de zond beroofd ben.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
4.
Zoon Gods, waarachtig God! die uitging uit den boezem des Vaders, en Uw lichaam aangenomen hebt bij de heilige Maagd Maria ter onzer behoudenisse, die gekruissigd, begraven, en van de dooden verrezen zijt, en tot den Vader zijt opgevaren. Ik heb gezondigd tegen den Hemel, en tegen U, gedenk mijner gelijk den berouwvolle dief ten tijde dat Gij in Uw Koningrijk komen zult.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
5.
Geest Gods! waarachtig God! die nedergedaald zijt aan de Jordaan, en in de Apostelzaal, en die mij verlicht hebt door den mijn doop in de Heilige doopvont, Ik heb gezondigd tegen den Hemel, en tegen U, zuiver mij op nieuw, door Uw Godlijk vuui gelijk gij Uwe Apostelen gezuiverd hebt door vurige tongen.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
6.
Ongeschapen Wezen! tegen U heb ik gezondigd, met mijne gedachten, met mijne ziel em mijn ijnligchaam, gedenk niet aan mijne vorige zonden om Uwr heiligen naams wille.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
7.
Aanschouwer van alles! tegen U heb ik gezondigd met gedachten, woorden, en daden, wis mijn misleidingen ner wandaden uit, en schrijf mijnen naam in het Boek des Levens.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
8.
Onderzoeker der verbosgenheden! tegen U heb ik gezondigd, willens en onwillens, wetende en onwetende, schenk mij zondaar vergiffenis, alzoo ik van mijne geboorte en doopvont af, tot heden toe gezondigd heb, tegen U Godheid, met mijne zinnen, en met alie deelen mijns ligchaams.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
9.
Heere! Albehoeder, stel Uwen Heilige Geest, ais een wachter voor mijne oogen, op dat zij geene ondeugden mogen aanschouwen; voor mijne ooren, op dat zij geen vermaak mogen scheppen naar kwade redenen te hooren; voor mijnen mond op dat hij geen logentaal moge spreken, en voor mijn hart, op dat het geenkwaad moge bedenken; voor mijne handen op dat zij geen ongerechtigheden mogen plegen, en voor mijne voeten, op dat zij niet mogen bewandelen bet pad der ondeugd, doch bestier hunne bewegingen, op dat zij mogen overeenstemmen met alie Uwe geboden.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
10.
Christus! levendig Vuur, ontvlam mijne ziel, met het your Uwer liefde, die gij uitgestort hebt over de aarde, op dat de gebreken mijner ziele mogen verteeren, zuiver mijn geweten, en reinig mijn ligcbaam van de zonde, en doe bet licbt Uwer wetensehap in mijn hart ontbranden.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
11.
Jesus! Wijsheid des Vaders, verleen mij wijsheid, op dat ik mag denke en spreke het dat goed is in Uw aanschijn, en bevrijd mij van slechte gedacbten zoo in woorden ais in werken.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
12.
Heer! die bemint al het dat goed is, en bestierder zijt van den wil, gedoog niet dat ik de inspraak mij nes harten volge, maar geleid mij zoo dat ik altijd Uw welbehagen doen moge.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
13.
Hemelsche Koning! verleen mij Uw koningrijk, dat gij aan Uwe geliefden beloofd hebt, en versterk mijn hart tot baat der zonde, om U alleen lief te hebben, en Uwen wil te volbrengen.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
14.
Verzorger aller schepselen! behoed door het teeken van Uw kruis mijne ziel en mijn ligchaam, van de verleidingen der zonde, van de verzoekingen des Duivels, van alie booze menschen, en van alie ziels en ligchaam s gevaren.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
15.
Christus! behoeder van alles, dat Uwe rechte hand mij behoede, en beware mij bij den dag en bij den nacht, te huis of op weg, wanneer ik slap en wanneer ik ontwaak, op dat ik nooit moge bevreesd zijn.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
16.
Mijn God! die Uwe hand opent, en alie schepselen met Uwe goedheid vervult, aan U beveel ik mijn aanwezen, verzorg mij, en voorzie in alie behoeften van mijne ziel en mijn ligcbaam nu en in der eeuwigheijd.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
17.
Gij! die de verdwaalden te regt brengt, bekeer mij van mijne kwade gewoonten tot het goede, en prent in mijne ziel den vreeslijken dag des doods, de scrikken der heilen, en de liefde tot Uw koningrijk; dat ik berouw moge hebben over mijne zonden, en gerechtigheid oefene.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
18.
Bron der onsterflijkeyd! doe de tranen des berouws uit mijn harte vloeijen, gelijk ais der zondaresse, op dat ik de zonde raijner ziel moge afwasschen eer ik deze wereld verlate.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
19.
Gever van alle barmhartigheid! vergun mij tot U te naderen met een segtzinnig geloof door goede werkeu, en door de gemeenschap van Uw heilig Lichaam en Bloed.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
20.
Weldadige Heere! beveel mij aan eenen goeden Engel, op dat hij mijne ziel zachtelijk doe over gaan, en gerustelijk overbrenge, door en tusschen de boosheden der duivelen, die zich onder de hemelen bevinden.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
21.
Christus! waarachtig Licht, maak mijne ziel waardig om het licht van Uwe glorie met vreugde te aanschouwen, ten dage ais gij mij zult roepen, eu alzoo te rusten in de hoop der goede menschen in de verblijfplaats der rechtvaardigen. tot den grooten dag Uwcr komst.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
22.
Rechtvaardige Rechter! wanneer gij komen zult met de glorie Uwes Vaders, om de levenden en de dooden te oordeelen, treed niet in het oordeel met Uwen dienaar, maar, verlos mij van het eeuwige vuur, en doe mij die gezegende oproeping der reehtvaardigen hooren in Uw hemelsch koningrijk.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
23.
Allerbarmhartigste Heere! ontferm U over alie de gensen die in U gelooven, over de gensen die mij toebehooren, en over die mij vreemd zijn, bekenden, en onbekenden, over de levenden, en over de dooden, vergeef ook mijne vijanden, en de gensen die mij haten, de beleedigingen die zij mij aangedaan hebben, en bekeer hun van de boosbeid die zij tegen mij voeden, op dat zij Uwe genade waardig mogen zijn.
En ontferm U over Uwe schepselen, en over mij, grooten zondaar.
~
24.
Heere! vol van glorie! ontvang de gebeden van Uwen dienaar, en vervul mijne smeekingen ten mijnen beste, door de voorspraak van de ‘ Heilige Moeder Gods, en Johannes den Dooper, en den Heilige Stephanus, eerste Martelaar, en den Heilige Gregorius, onzen Verlichter, en de Heiligen Apostelen, Profeten, Leeraars, Martelaren, de Heiligen Patriarchen, en Kluizenaars, en Maagden, en alie de Heiligen in den Hemel en op de aarde.
En U ! onverdeelbaar Heilige Drie-eenheid! zy glorie en aanbidding in alie eeuwigheid. Amen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Back to top